Jacobus



Jacobus 2


Broeders, paart toch niet aan het geloof in onzen Heer Jezus Christus, den Heer der heerlijkheid, bevoorrechting der rijken.


Want wanneer in uw samenkomst een man binnentreedt met gouden ringen aan de vingers en een prachtig kleed, en er komt ook een arme binnen in een haveloos kleed,


en gij ziet hoog op naar den drager van het prachtige kleed en zegt: Neem gij deze goede plaats in(-)en gij zegt tot den arme: Blijf gij daar staan(-)of: Ga daar op den grond bij mijn voetbank zitten(-)


zijt gij dan niet partijdig geworden en is uw oordeel dan niet door booze overleggingen bedorven?

Tweet thisPost on Facebook

Luistert, geliefde broeders, heeft God niet de armen naar de wereld uitverkoren om rijk in geloof te zijn en erfgenamen van het koninkrijk dat Hij beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben?


En gij minacht den arme! Zijn het niet de rijken die u overheerschen? Zijn zij het niet die u naar de rechtbank sleepen


en den schoonen naam die over u uitgeroepen is lasteren?

Tweet thisPost on Facebook

Indien gij desniettegenstaande de koninklijke wet vervult naar het Schriftwoord: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf(-)dan doet gij goed;


maar indien gij den een aan den ander voortrekt, dan begaat gij zonde en wordt door de wet als overtreders bestraft.

Tweet thisPost on Facebook

Want wie de geheele wet houdt maar in een gebod faalt heeft alle geboden overtreden.


Immers, Hij die gezegd heeft: Gij zult geen overspel doen(-)heeft ook gezegd: Gij zult niet doodslaan. Indien gij dan geen overspel begaat maar doodslaat, dan zijt gij een overtreder der wet geworden.


Spreekt en handelt als menschen die geoordeeld zullen worden door de wet der vrijheid.

Tweet thisPost on Facebook

Want een onbarmhartig oordeel wordt geveld over hem die geen barmhartigheid bewezen heeft; de barmhartigheid roemt tegen het oordeel in.

Tweet thisPost on Facebook

Wat baat het broeders, of iemand al zegt het geloof te bezitten, als hij geen werken heeft?

Tweet thisPost on Facebook

Het geloof kan hem toch niet redden? Indien een broeder of zuster naakt is en het dagelijksch voedsel mist,

Tweet thisPost on Facebook

en iemand van u tot hen zegt: Gaat heen in vrede, wordt verwarmd en verzadigd(-)zonder hun te geven wat zij voor hun lichaam behoeven, wat baat dat?

Tweet thisPost on Facebook

Zoo is ook het geloof, als er geen werken mee gepaard gaan, op zichzelf dood.

Tweet thisPost on Facebook

Maar iemand zegt: Gij hebt het geloof en ik heb werken(-)toon mij dan eens uw geloof buiten uw werken om, en ik zal u uit mijn werken mijn geloof toonen.

Tweet thisPost on Facebook

Gelooft gij dat God de Eenige is? Gij doet wel. Ook de duivelen gelooven het en sidderen.


En wilt gij weten, dwaze mensch, dat het geloof zonder de werken waardeloos is?


Abraham, onze voorvader, is immers uit zijn werken gerechtvaardigd, toen hij zijn zoon Izaak op het altaar wilde offeren?


Gij ziet dus dat het geloof met zijn handelen samenwerkte, en zijn geloof door zijn werken het doel bereikte.

Tweet thisPost on Facebook

Zoo werd het Schriftwoord vervuld dat zegt: Abraham geloofde in God, en dit is hem tot gerechtigheid aangerekend, en hij werd een vriend Gods genoemd.


Gij ziet dat een mensch gerechtvaardigd wordt uit werken en niet alleen uit geloof.

Tweet thisPost on Facebook

Is desgelijks de hoer Rachab niet uit haar werken gerechtvaardigd, toen zij de boden in haar huis opnam en langs een anderen weg liet heengaan?


Want gelijk het lichaam zonder geest dood is zoo is ook het geloof zonder werken dood.

Tweet thisPost on Facebook






This goes to iframe