Openbaring



Openbaring 12


Жена и аждаја

Een groot wonderteeken vertoonde zich aan den hemel: een vrouw met de zon bekleed, de maan onder de voeten, op het hoofd een krans van twaalf sterren.


Zij was zwanger en slaakte in haar barensweeen smartelijke kreten.


Nu werd een ander teeken aan den hemel gezien; zie, een vuurroode groote draak met zeven koppen en tien horens, en op zijn koppen zeven kronen;


zijn staart veegde het derde deel der sterren des hemels weg en wierp ze op de aarde. De draak stond voor de vrouw die op het punt was te baren om zoodra zij gebaard zou hebben haar kind te verslinden.


Zij baarde een kind, een zoon, hem die alle volken zou weiden met een ijzeren staf; en haar kind werd ijlings weggevoerd tot God en zijn troon.


En de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar haar van God een plaats toebereid was om daar twaalfhonderd zestig dagen onderhouden te worden.


Toen barstte een strijd uit in den hemel: Michael en zijn engelen streden tegen den draak; ook de draak en zijn engelen streden,


maar waren niet sterk genoeg en vonden voortaan geen plaats in den hemel;

Tweet thisPost on Facebook

de groote draak, de aloude slang, die Duivel en Satan heet, de verleider der gansche wereld, werd op de aarde geworpen, en zijn engelen met hem.


Nu hoorde ik een luide stem in den hemel zeggen: Thans is gekomen de redding, de kracht en het koninkrijk van onzen God en de macht van zijn Gezalfde; want neergeworpen is de aanklager van onze broeders, die hen aanklaagt voor onzen God dag en nacht.


Zij hebben hem overwonnen door het bloed des Lams en het woord hunner getuigenis, en hebben de liefde voor hun leven verzaakt tot den dood toe.


Verheugt u daarom, hemelen en gij die daarin woont. Wee aarde en zee; want de Duivel is tot u neergedaald in groote woede, wetend dat hij slechts over een korten tijd te beschikken heeft.


Toen de draak zag dat hij op de aarde neergeworpen was, vervolgde hij de vrouw die den zoon gebaard had.

Tweet thisPost on Facebook

En aan de vrouw werden de twee vleugelen van den grooten arend gegeven om te vliegen naar de woestijn, de plaats waar zij onderhouden werd een tijd en tijden en een halven tijd, buiten bereik van de slang.


En de slang wierp uit haar muil, de vrouw achterna, water als een rivier om haar door die rivier mee te sleuren.


Maar de aarde kwam de vrouw te hulp, opende haar mond en verzwolg de rivier die de draak uit zijn muil had geworpen.

Tweet thisPost on Facebook

En de draak werd toornig op de vrouw en ging heen om strijd te voeren tegen de overigen van haar kroost, die de geboden Gods bewaren en de getuigenis omtrent Jezus bezitten;








This goes to iframe