Spreuken



Spreuken 15


Een zacht antwoord keert de grimmigheid af; maar een smartend woord doet den toorn oprijzen.


De tong der wijzen maakt de wetenschap goed; maar de mond der zotten stort overvloediglijk dwaasheid uit.


De ogen des HEEREN zijn in alle plaatsen, beschouwende de kwaden en de goeden.


De medicijn der tong is een boom des levens; maar de verkeerdheid in dezelve is een breuk in den geest.

Tweet thisPost on Facebook

Een dwaas zal de tucht zijns vaders versmaden; maar die de bestraffing waarneemt, zal kloekzinniglijk handelen.

Tweet thisPost on Facebook

[In] het huis des rechtvaardigen is een grote schat; maar in des goddelozen inkomst is beroerte.


De lippen der wijzen zullen de wetenschap uitstrooien; maar het hart der zotten niet alzo.

Tweet thisPost on Facebook

Het offer der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar het gebed der oprechten is Zijn welgevallen.


De weg der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar dien, die de gerechtigheid najaagt, zal Hij liefhebben.


De tucht is onaangenaam voor dengene die het pad verlaat; [en] die de bestraffing haat, zal sterven.

Tweet thisPost on Facebook

De hel en het verderf zijn voor den HEERE; hoeveel te meer de harten van des mensen kinderen?


De spotter zal niet liefhebben, die hem bestraft; hij zal niet gaan tot de wijzen.

Tweet thisPost on Facebook

Een vrolijk hart zal het aangezicht blijde maken; maar door de smart des harten wordt de geest verslagen.


Een verstandig hart zal de wetenschap opzoeken; maar de mond der zotten zal met dwaasheid gevoed worden.

Tweet thisPost on Facebook

Al de dagen des bedrukten zijn kwaad; maar een vrolijk hart is een gedurige maaltijd.

Tweet thisPost on Facebook

Beter is weinig met de vreze des HEEREN, dan een grote schat, en onrust daarbij.


Beter is een gerecht van groen moes, waar ook liefde is, dan een gemeste os, en haat daarbij.

Tweet thisPost on Facebook

Een grimmig man zal gekijf verwekken; maar de lankmoedige zal den twist stillen.

Tweet thisPost on Facebook

De weg des luiaards is als een doornheg; maar het pad der oprechten is welgebaand.

Tweet thisPost on Facebook

Een wijs zoon zal den vader verblijden; maar een zot mens veracht zijn moeder.

Tweet thisPost on Facebook

De dwaasheid is den verstandeloze blijdschap; maar een man van verstand zal recht wandelen.


De gedachten worden vernietigd, als er geen raad is; maar door veelheid der raadslieden zal elkeen bestaan.

Tweet thisPost on Facebook

Een man heeft blijdschap in het antwoord zijns monds; en hoe goed is een woord op zijn tijd!


De weg des levens is den verstandige naar boven; opdat hij afwijke van de hel, beneden.


Het huis der hovaardigen zal de HEERE afrukken; maar de landpale der weduwe zal Hij vastzetten.

Tweet thisPost on Facebook

Des bozen gedachten zijn den HEERE een gruwel; maar der reinen zijn liefelijke redenen.

Tweet thisPost on Facebook

Die gierigheid pleegt, beroert zijn huis; maar die geschenken haat, zal leven.


Het hart des rechtvaardigen bedenkt zich, om te antwoorden; maar de mond der goddelozen zal overvloediglijk kwade dingen uitstorten.


De HEERE is ver van de goddelozen; maar het gebed der rechtvaardigen zal Hij verhoren.


Het licht der ogen verblijdt het hart; een goed gerucht maakt het gebeente vet.

Tweet thisPost on Facebook

Het oor, dat de bestraffing des levens hoort, zal in het midden der wijzen vernachten.

Tweet thisPost on Facebook

Die de tucht verwerpt, die versmaadt zijn ziel; maar die de bestraffing hoort, krijgt verstand.

Tweet thisPost on Facebook

De vreze des HEEREN is de tucht der wijsheid; en de nederigheid [gaat] voor de eer.







This goes to iframe